column
Bas van de Goor
Wandelen is behandelen!
Sport en bewegen is hét middel om meer controle te krijgen over een chronische aandoening. De Bas van de Goor Foundation werkt aan de kwaliteit van leven bij diabetes. Wetenschap is daarbij onmisbaar.
Ik heb al vijftien jaar diabetes type 1. In de loop van de jaren is er veel verbeterd in de behandeling. En in de mogelijkheden om je ziekte zelf te managen. Dat komt voor een groot deel door wetenschappelijk onderzoek, samen met patiënten en behandelaars.
Zinvolle wetenschap gaat niet alleen over nieuwe technologie of betere medische mogelijkheden. Onderzoek toont ook steeds duidelijker aan hoe belangrijk sport en bewegen zijn om goed met diabetes te leven. Niet alleen geeft het je meer ease of mind, je gaat ook scherper inschatten hoe het zit met je waarden. Je voelt je lichaam gewoon beter aan als je voldoende beweegt.
De Bas van de Goor Foundation doet zelf geen onderzoek, maar wetenschappers haken graag bij onze activiteiten aan. Bijvoorbeeld bij de Nationale Diabetes Challenge, een initiatief om Nederland meer aan het wandelen te krijgen. Uit metingen bij deelnemers blijkt dat het bewegen aantoonbaar hun bloedsuikerwaarden verbetert. Mensen die vooraf de slechtste waarden hadden, maken de grootste sprong. Zo toon je wetenschappelijk aan dat bewegen inderdaad goed is voor de gezondheid: wandelen is behandelen!
In Nederland heeft maar liefst een miljoen mensen diabetes. Ook voor hen zie ik veel kansen in het Nationaal Preventieakkoord van het kabinet. In dat akkoord is de wetenschap onmisbaar. Laten we bijvoorbeeld de kosteneffectiviteit van preventie eens goed gaan onderzoeken. Als de uitkomsten positief zijn – en ik ben ervan overtuigd dat wetenschappers dat zullen vaststellen – kunnen we preventie meenemen in alle behandelprotocollen. En in het basispakket van de zorgverzekering. Zo wordt gezond leven een wetenschappelijk onderbouwd onderdeel van het volksgezondheidsbeleid. Zodat de kwaliteit van leven nog verder verbetert, ook bij de mensen met een chronische aandoening.
Bas van de Goor
Oud-topvolleyballer, directeur Bas van de Goor Foundation en medevoorzitter stuurgroep Onderzoeksprogramma Sport
'Wat voor de een werkt, werkt niet voor de ander'
‘Het Nationaal Preventieakkoord kan niet zonder de wetenschap’
Een interview met Johan Lammerts, sporttechnisch directeur van de KNWU
‘Met sportonderzoek kun je de concurrentie voor blijven’
‘Door met dit onderzoek mee te doen, zijn we ons nog meer bewust geworden hoe belangrijk goed slapen is. Erg verhelderend waren de tussentijdse terugkoppelingen van de resultaten. Ik heb de wielrensters van het Nederlandse vrouwenteam zo veel beter kunnen adviseren. De tips voor betere slaapomstandigheden heb ik ook zelf toegepast. Dan ervaar je aan den lijve dat je echt beter slaapt. Toch blijft het natuurlijk per sporter verschillen. Iedereen reageert bijvoorbeeld weer anders op de spanning voor een grote wedstrijd. Dan helpen betere slaapomstandigheden niet per se.
Ook op andere manieren hebben we de slaap kunnen verbeteren. Zoals met de keuze voor kamergenoten in het hotel. Als de een vroeg wil slapen terwijl de ander graag nog tv kijkt, dan werkt het niet. Je moet een ochtend- en avondmens niet bij elkaar leggen. Ook ben ik veel soepeler geworden met de ontbijttijden. Voorheen was het voor iedereen aantreden om half acht. Nu laat ik dat veel meer vrij, zodat de typische uitslapers het rustig aan kunnen doen.
Sportonderzoek is echt cruciaal voor de topsport. Je moet daarvoor niet afhankelijk zijn van wat andere landen doen. Als we de concurrentie voor willen blijven, moeten we in eigen land blijven investeren in onderzoek als dit.’
6 MAART 2017
interview
“Rondom toetsen en examineren is samenwerking opgebloeid tussen opleidingen en hogescholen, veel docenten hebben zich geschoold in de examenpraktijk en het inschakelen van extern gecommitteerden is inmiddels breed verspreid”, zo concludeert Paul Rullmann, voorzitter van de commissie ‘evaluatie externe validering toetsing en examinering in het hbo’ bij de presentatie van het eindrapport. “Met de titel ‘Zienderogen vooruit’ geven we duidelijk aan wat de commissie ervan vindt: er is hard gewerkt en heel veel bereikt.”
Vandaag heeft Paul Rullmann het eindrapport uitgereikt aan Thom de Graaf, voorzitter van de Vereniging Hogescholen. De Graaf bood het vervolgens aan aan de minister van OCW, Jet Bussemaker. Volgens Rullmann zijn de hogescholen goed in staat het proces van externe validering van toetsing en examinering op adequate wijze en bottom-up vorm te geven en te organiseren. “Hogescholen groeien toe naar een cultuur waarin kennisdeling en het toelaten van ‘vreemde ogen’ op het terrein van toetsing en examinering gemeengoed zijn”, aldus Paul Rullmann bij de aanbieding van het eindrapport. Rullmann is ook kritisch: “Beoogde ‘producten’ als een handreiking gezamenlijk toetsen en een format voor de verslaglegging zijn nog niet tot stand gekomen. Ook is er nog geen docent-register in het hbo. Daar moet aandacht aan worden besteed.”
“De hoofdzakelijk positieve tot zeer positieve conclusies die de commissie Rullmann in haar rapportage trekt, zijn een steun in de rug van hogescholen en docenten. Dat de commissie daarnaast ook aanbevelingen doet om vooral ‘door te pakken’ is de handschoen die de hogescholen moeten oppakken”, aldus Thom de Graaf, voorzitter van de Vereniging Hogescholen.
De Graaf: “Op basis van alle ervaringen die de afgelopen vijf jaar zijn opgedaan worden nu de volgende stappen gezet om het gedachtengoed verder te verspreiden in het hbo. Een nuttige zaak die blijvende inspanning zal vragen van docenten, managers en bestuurders. We zijn er nog niet en gaan door op de ingeslagen weg. Dat betekent verder investeren, in uitvoering en doorontwikkeling van plannen, in het uitrollen van ontwikkelde concepten. Maar vooral: investeren in mensen, in hun enthousiasme, hun betrokkenheid en hun ideeën.”
Zie ook: Dossier externe validering examens
Bijlage(n):